Het moonshot van Kasper Spaan: Maak de vanzelfsprekende verbinding tussen water en ruimte
In 1962 maakte president John F. Kennedy met een inspirerende, gedurfde speech - ook bekend als de ‘Moonshot speech’ - de Verenigde Staten rijp voor een kostbaar maar zeer succesvol ruimtevaartprogramma, een programma waarin duizenden Amerikanen hun kennis, inzichten en energie samenbalden om de eerste mens voet op de maan te laten zetten. Ook in het waterbeheer kunnen we vandaag de dag wel wat ‘moonshot thinking’ gebruiken. Als afsluiting én voortzetting van de webinarreeks ‘Klimaatrobuuste Watersystemen’, vragen we een aantal mensen uit de wereld van de wetenschap en het waterbeheer naar hun persoonlijke moonshot en de inzet die ze daarvoor plegen. Deze keer: Kasper Spaan.
Beleefd praten over water schiet niet op. Dit is de mening van beleidsadviseur Klimaatadaptatie van Waternet Kasper Spaan zodra je op zoek gaat naar oplossingen die écht bijdragen aan een klimaatrobuuste leefomgeving. Hij gaat dag in dag uit het gesprek aan met iedereen die iets te doen heeft in de ruimte. Om zo samen te zoeken naar kansen en mogelijkheden. Het sleutelwoord is hierbij adaptiviteit.
Wie ben je en wat drijft je als waterprofessional?
Ik ben opgeleid als ecoloog. Sindsdien ben ik actief in het veld van ruimtelijke en infrastructurele ontwikkeling en waterbeheer. Inmiddels werk ik 15 jaar voor Waternet. Eerst in de advisering over ruimtelijke ontwikkelingen. Tegenwoordig als beleidsadviseur Klimaatadaptatie. Het gesprek met partners in de ruimte en de maatschappij, vind ik het leukste om te doen. Juist omdat water pas betekenis krijgt in verbinding met andere opgaven. Water en klimaatadaptatie zien we steeds hoger op de agenda komen. Vooral omdat water zo sterk verbonden is met andere opgaven als natuur, landbouw, energie en wonen. De watersector is traditioneel sterk naar binnen gekeerd. In de huidige tijd bestaat de noodzaak om veel meer integraal en systemisch te gaan denken. Het leggen van de verbinding met andere ruimtelijke belanghebbenden is daarvoor cruciaal én interessant. Dáár doe je nieuwe inzichten op, dáár vinden de inspirerende gesprekken plaats, dáár vind je het begin van echte oplossingen. Dit is wat mij drijft in mijn werk.
Wat is jouw moonshot?
Mijn moonshot is dat we weer de vanzelfsprekende verbinding maken tussen water en ruimte. In die verbinding is water sturend of gidsend. Vanuit die verbinding moeten we op een andere manier gaan werken aan oplossingen. Waar adaptiviteit als sleutelprincipe centraal staat in ruimtelijk ontwerp. Het traditionele geloof in de maakbaarheid van ons land begint tegen ons te werken. We weten namelijk niet meer wat voor land we precies moeten maken, gezien alle onzekerheden en complexe transitieopgaven. We anticiperen op de veranderende omstandigheden via Darwins’ principe survival of the fittest. Bedenk daarbij: survival of the fittest betekent niet dat de sterksten het overleven, maar degenen die zich het best kunnen aanpassen aan veranderende omstandigheden...
Wat kunnen we in tien jaar bereiken en wat is daar voor nodig?
We moeten heel snel af van het denken in gestolde werkelijkheden. De omgevingsvisies die nu worden gemaakt in het kader van de nieuwe Omgevingswet zijn eigenlijk vooral aanpassingen van bestaande ruimtelijke visies, kansen- en risicokaarten. Dit lijkt op vastleggen, aandikken en consolideren. We moeten juist leren denken in flexibele routes - in zogenoemde ruimtelijke adaptieve paden - in plaats van in vaste bestemmingen. In bewegende beelden, in films. In plaats van in bevroren foto’s. Hiervoor zijn aanpassingen nodig in wet- en regelgeving, in onze manier van bestuurlijke besluitvorming. Maar waarschijnlijk vooral in de manier waarop we hier zelf mee omgaan: we moeten de onzekerheid een plek geven in ons eigen denken en handelen.
Welke bijdrage kun je als waterprofessional leveren?
Veel en vaak het gesprek aangaan met alle partijen die werken in de ruimtelijke omgeving. Ook met partijen waar we als waterschap van nature minder bemoeienis mee hebben. En hierin het langere-termijnperspectief en brede maatschappelijke belang voor het voetlicht brengen. De urgentie van het recente IPPC-rapport - dat spreekt van een ‘a rapidly closing window of opportunity’ - vraagt dat we over ons eigenbelang heenstappen. Dit betekent ook elkaar de vragen durven stellen die recht doen aan de complexiteit van de ruimtelijke puzzel. De puzzel die we met elkaar moeten leggen in Nederland. Kortom samen op zoek gaan naar antwoorden!
En als persoon?
Ik heb mijn dak volgelegd met zonnepanelen en ik heb een groen dak met PV op de garage. Er liggen wel betonnen stelconplaten in de tuin van de vorige eigenaar. Het heeft weinig zin om de platen eruit te bikken, als dat al lukt. Het grondwater is hier namelijk zo hoog, dat we er maar heel weinig extra waterberging mee creëren. Dus dat laat ik maar zo. Het is verstandiger om de plint van mijn huis waterwerend en waterkerend te maken. Wij wonen op het laagste punt in de straat. Al een paar keer hebben we water in de tuin en het souterrain gehad. Het is anderhalf uur water in je keuken, maar je hebt er maanden gedoe van om het te (laten) herstellen. Ik zit in de blauwe vlek van de stresstest; daar waar het water zich ophoopt. Helaas kun je nog geen waterkerende deuren kopen bij de Gamma. Het zou daarom mooi zijn als wel steeds meer spullen beschikbaar komen om je huis watervrij te houden. Zo krijgen burgers zelf meer mogelijkheden om hun huis en haard te beveiligen tegen wateroverlast.
Wat wil je graag meegeven aan andere waterprofessionals?
We leggen in onze ruimtelijke planvorming lengte en breedte, de X en Y, tot op de millimeter vast. Maar we rommelen maar wat aan met de hoogtemaatvoering. Gebruik je hoogtemaatvoering om water te sturen, want HOGER = DROGER! We zijn bijvoorbeeld heel slordig in onze bouwcultuur om woningen en gebouwen vrij te houden van water. Een betere en beter doordachte hoogtemaatvoering kan veel bijdragen aan meer klimaatrobuustheid. In Amsterdam maken we overigens al werk van een integrale hoogtestrategie.