Stem aanvragen voor omgevingsvergunning af op de nieuwe methodiek

Alle omgevingsvergunningsaanvragen voor het lozen van bedrijfsafvalwater, die ingediend worden vanaf 1 februari 2021, zullen beoordeeld worden aan de hand van een nieuwe methodiek.

Deze methodiek wordt ingezet om de impact van de lozing van bedrijfsafvalwater te bepalen en komt er naar aanleiding van het “Wezer-arrest” van het Europese Hof van Justitie. Heel concreet mag je dus op korte termijn een update van het MER-richtlijnenboek van de discipline oppervlaktewater verwachten.

Het “Wezer-arrest” dateert van 01/07/2015 en is een schepere interpretatie van de kaderrichtlijn water, waarbij de goedkeuring van een project moet geweigerd worden in onderstaande situaties:

  • wanneer het project een achteruitgang van de toestand van een oppervlaktewaterlichaam teweeg kan brengen
  • wanneer dit het bereiken van een goed ecologisch potentieel en een goede chemische toestand van een oppervlaktewater in gevaar brengt

Goedkeuring lozing afvalwater staat of valt met berekening van achteruitgang oppervlaktewaterlichaam

Een nieuwe rekentool werd opgesteld door de VMM en moet de gebruiker in staat stellen om de impact van de lozing te kunnen beoordelen. Met de rekentool wordt bepaald of er al dan niet een duidelijke achteruitgang wordt veroorzaakt van het ontvangende oppervlaktewaterlichaam. Dit gebeurt aan de hand van verschillende stappen:

  • In een eerste stap wordt bekeken of de impact relevant is;
  • In een volgende stap wordt, voor de parameters waarvoor de impact relevant is, bekeken of de worst-case impact relevant en/of aanvaardbaar is;
  • Tot slot kan de impact specifiek voor de parameters, waarvoor de impact in worst-case omstandigheden niet aanvaardbaar is, in realistische omstandigheden berekend worden.

Het resultaat van de berekeningen zal de Vlaamse Milieumaatschappij vervolgens gebruiken als basis om een advies te formuleren voor de vergunningsaanvraag in kwestie.

Focus kwaliteit oppervlaktewater stroomafwaarts

In tegenstelling tot de voorgaande methodiek, waarbij de VMM de impact van een lozing als “beperkt”, “relevant” of “belangrijk” (tijdelijk, alsook permanent) beoordeelde en dit specifiek op basis van een concentratieverhoging in de ontvangende waterloop, zal er nu meer gefocust worden op de kwaliteit van het oppervlaktewater stroomafwaarts van het lozingspunt (cfr. het Wezer-arrest).

Zo heeft men voor oppervlaktewaterlichamen verschillende kwaliteitsklassen vastgesteld. Deze gaan van ‘zeer goed’, ‘goed’, ‘matig’ naar ‘ontoereikend’ of zelfs ‘slecht’. De impact van een lozing wordt in principe als onaanvaardbaar beschouwd als er sprake is van een duidelijke achteruitgang.  i.e. als de lozing van het afvalwater als gevolg heeft dat er een klasseverschuiving veroorzaakt wordt stroomafwaarts van het lozingspunt.

Bij de bepaling of het al dan niet een duidelijke achteruitgang betreft, kan men in sommige gevallen de meetfout op de desbetreffende parameter (crf. VLAREM II) in rekening brengen.  Soms moet ook de mengzone van de lozing stroomafwaarts berekend te worden.

Impact milieuvergunningsaanvragen

In essentie kan een nieuwe lozing volgens de nieuwe regels pas vergund worden als men kan aantonen dat de lozing niet tot een duidelijke achteruitgang van de waterlichamen leidt. Ook voor wijzigingen van een bestaande lozing, bijvoorbeeld in het geval van een normverhoging, geldt deze redening.

De hervergunning van een bestaande lozing zal minder kritisch behandeld worden dan een nieuwe lozing. De verwachting is wel dat bestaande lozingen met een aanzienlijke impact slechts voor een beperkte duur vergund zullen worden. Dit om het bereiken van een goede toestand van waterlichamen in de toekomst niet in gevaar te brengen.

Witteveen+Bos ondersteunt bedrijven doorheen het volledige traject

Hoewel de rekentool vrij beschikbaar is, kan het invullen en interpreteren ervan in sommige gevallen tot enige verwarring leiden. Witteveen+Bos ondersteunt bedrijven bij het correct uitvoeren en interpreteren van deze impactbeoordeling.

Bovendien hebben we sinds de bekendmaking van de nieuwe methodiek ook alvast de nodige ervaringen en inzichten verworven. Hiermee helpen we bedrijven dus graag op weg bij hun aanvraag van een omgevingsvergunning of nieuwe lozingsvoorwaarden.

Meer informatie?

Hugo Desmet

PMC-leider Sustainable Industrial Operations