Als de mens de voorwaarden schept, dan reageert de natuur imponerend snel. De Marker Wadden, een archipel in het Markermeer, vormen een krachtig bewijs. Op initiatief van Natuurmonumenten en Rijkswaterstaat zijn de natuureilanden opgetrokken uit zand, klei en slib. Witteveen+Bos is betrokken geweest bij het ontwerp, de aanleg en natuurontwikkeling van de eerste eilanden. Daarnaast spelen we een belangrijke rol in het begeleidende onderzoek naar de ontwikkelingen op de eilanden.
Het Markermeer ligt tussen de provincie Flevoland en Noord-Holland en meet 700 km2. Aan de bovenzijde zorgt de dijk Lelystad-Enkhuizen voor de scheiding met het IJsselmeer. Het Markermeer heeft in toenemende mate te maken met afname van de biodiversiteit.
De aanleiding voor aanleg van Marker Wadden is de achteruitgang van het ecosysteem in het Markermeer. Het Markermeer is een relatief ondiep, windgevoelig meer. Op de bodem ligt een dikke slibdeken die sterk opwoelt en het leven van planten, insectenlarven, schaal- en schelpdieren verstoort. In combinatie met een afgenomen voedselrijkdom van het water gaat de biodiversiteit achteruit.
Om natuurherstel in het meer te realiseren is in 2016 het project Marker Wadden gestart. De opdracht om een eerste reeks eilanden te creëren is door Rijkswaterstaat gegund aan het consortium met Boskalis, Arcadis, Vista landschapsarchitecten en Witteveen+Bos.
Opgespoten sediment
De eilanden zijn opgebouwd uit opgespoten sediment (zand, klei en veen), omringd door zandige randen en beschermd tegen golfaanval door een groot zandlichaam tussen twee stenen landhoofden. De verdiepingen rond de eilanden en de luwte die de eilanden creëren, zorgen voor invang van zwevend slib. Zo wordt beoogd het slibprobleem te verminderen en helderder water te creëren, waarin planten en alle geassocieerde fauna kunnen toenemen en de biodiversiteit verbetert.
Witteveen+Bos heeft in het project meerdere rollen vervuld. In de ontwerpfase hebben geotechnici in opdracht van Boskalis gewerkt aan het ontwerp van de twee stenen landhoofden voor het grote zandlichaam dat de eilanden beschermt. Onze ecologen hebben in de ontwerpfase gewerkt aan het ontwerp van de eilanden en een plan voor de beoogde natuurontwikkeling gemaakt. Tijdens en na de realisatiefase waren onze ecologen in opdracht van Boskalis verantwoordelijk voor de ontwikkeling van moerasvegetatie op de eilanden. En tenslotte hebben onze ecologen en remote sensing experts meegewerkt aan het begeleidende wetenschappelijke onderzoeksprogramma KIMA, dat gedurende vijf jaar alle ontwikkelingen op en rond de eilanden heeft onderzocht. Hierover verderop meer.
Oeverzwaluwen
Direct nadat de eerste eilanden boven water verschenen, startte spontaan een snelle natuurontwikkeling. Binnen enkele weken arriveerden maar liefst 2/3 van de West-Europese populatie oeverzwaluwen op de Marker Wadden om zich tegoed te doen aan de vele dansmuggen die in het ondiepe water tot ontwikkeling kwamen. Marcel Klinge: ‘Dat die vogels dat zo snel wisten en massaal van grote afstand aan kwamen vliegen blijft me verwonderen!’
De opdracht voor Witteveen+Bos was om zo snel mogelijk na aanleg van de eilanden een ontwikkeling van rietmoeras op gang te brengen en de ontwikkeling van wilgenbos tegen te gaan. Dat was een enorme uitdaging, die onze collega Koen Princen met tomeloze energie en creativiteit is aangegaan: ‘Riet zaaien met een hovercraft, rietwortelstokken planten met vrijwilligers, ganzenvraat van het riet verminderen met slimme exclosures, de eilanden onder water zetten in de periode dat de wind wilgenpluis aanvoert: het is maar een greep uit de vele creatieve oplossingen die toegepast zijn. Dat was prachtig, leerzaam én effectief!’