Hoogwater in Limburg: 24/7 ondersteuning op locatie

Als gevolg van aanhoudende regenval steeg het water in de rivieren afgelopen zomer tot extreme hoogten. Vanwege onze actuele kennis over waterkeringen van de Maas en haar zijrivieren boden we Waterschap Limburg dag en nacht ondersteuning op locatie. Projectleider Joost Lansink blikt terug.

Collega’s ter plaatse

‘Sinds 2019 werken we samen met HKV aan de wettelijke beoordeling van alle primaire waterkeringen in Limburg. We waren in vergevorderd stadium toen het water in de zomer van 2021 begon te stijgen. Het waterschap schaalde eerst zijn eigen calamiteitenorganisatie op, maar er kwam veel op ze af. Wat zijn kritieke locaties? Waar wordt het gevaarlijk? Er was behoefte aan ondersteuning. Vanwege de beoordeling van de dijken hebben we toegang tot alle gegevens en tekeningen. Bovendien zijn collega’s van Witteveen+Bos de afgelopen vijftien jaar actief geweest om de Maas in Limburg veiliger te maken. We zijn daardoor goed op de hoogte van de actuele conditie van de waterkeringen. Na het belletje van het waterschap is een aantal collega’s – gewapend met lieslaarzen, een fototoestel en veiligheidshesjes – meteen in de auto gesprongen. Met in totaal acht mensen hebben we in ploegendienst ondersteuning geboden aan het waterschap.’

Een kilometer zandzakken

‘Normaal gesproken beoordelen en ontwerpen we waterkeringen en verrichten we planstudies voor dijkversterkingen en rivierverruimingen: langdurige trajecten die natte voeten moeten voorkomen. Als het water eenmaal komt is onze toolbox beperkt, voor het trillen van damwanden is dan geen tijd meer. Het vereist een andere mindset. Samen met onze collega’s van HKV hebben we kritieke plekken in kaart gebracht. Zo bestond er een reële kans dat het water in de Roer tot een dusdanige hoogte steeg dat een woonwijk in Roermond onder zou lopen. Op basis van dat advies heeft het leger de dijk over een lengte van ruim een kilometer opgehoogd met zandzakken. Daarnaast is besloten om een zandmeevoerende wel op te kisten. Op verschillende andere plaatsen hebben we de situatie nauwgezet gevolgd. Tot het grootste gevaar was geweken.’

Eisen voor kleinere rivieren

‘Alle primaire waterkeringen hebben het gehouden, dat is goed nieuws. Het bewijst dat de inspanningen van de afgelopen jaren – onder andere de Maaswerken en het project Grensmaas – hun vruchten afwerpen. Bovendien geven onze modellen en berekeningen een reëel beeld van de huidige veiligheid, ook dat is een prettig gegeven. Tegelijkertijd kregen kleinere rivieren, zoals de Geul, de Roer en de Sambeek, in korte tijd grote hoeveelheden water te verwerken. Met alle overlast van dien: er zijn huizen waarvan de muren nog steeds vochtig zijn en er is veel materiële en immateriële schade. De eisen in de Waterwet voor kleinere rivieren zijn minder streng, we accepteren dat die rivieren af en toe buiten hun oevers treden. Met het oog op klimaatverandering ligt daar een opgave.’

Wake-up call

‘Ik ben trots op mijn collega’s en onder de indruk van de saamhorigheid bij iedereen die mee heeft gewerkt om de schade te beperken. Uiterwaarden en overloopgebieden staan 360 dagen per jaar droog, de rivier is dan rustig. Het zijn de dagen waarop het belang van goede dijken niet altijd makkelijk over te brengen is. Hoogwater is wat dat betreft een wake-up call. De situatie in Limburg afgelopen zomer leert ons twee dingen: dat Nederland goed bezig is en dat we nog lang niet klaar zijn. De inspanningen van collega’s voor de dijkversterkingen in de Noordelijke Maasvallei zullen de hoogwaterveiligheid verder verbeteren. De komende jaren zijn we met Witteveen+Bos bovendien betrokken bij meer dijkversterkingen, in Limburg en elders in Nederland. Met deze gebeurtenis nog vers in ons geheugen is het dankbaar werk.’

Deel deze pagina

Meer informatie?

Joost Lansink